Betekenisladder.

Afgelopen dinsdag gaf ik weer een webinar over het transformeren van overtuigingen. Overtuigingen zijn dingen die je gelooft over jezelf, andere mensen of de wereld om je heen. Ze zijn steunend wanneer ze je welzijn, succes en geluk bevorderen. Ze zijn beperkend als ze deze dingen ondermijnen. Veel van mijn cliënten hebben last van beperkende overtuigingen. Een veelvoorkomende vorm hiervan is de zogenaamde betekenisladder. Stel je bent aan het werk en je doet per ongeluk iets dat niet je bedoeling was of je wijkt af van de voorgeschreven procedure. Sommige mensen doorlopen dan onbewust de volgende betekenisladder: 

  • Betekenis 1: Ik doet het fout. 
  • Betekenis 2: Ik kan het niet.
  • Betekenis 3: Ik ben een idioot

Deze drie opeenvolgende betekenissen worden onbewust en razendsnel doorlopen en leiden tot gevoelens van onzekerheid, stress, schaamte of schuld.

Als je deze ladder nader bekijkt, dan zie je dat het eigenlijk drie verschillende niveaus van ervaring zijn: doen – kunnen – zijn. Niveau 1 hoeft nog geen probleem te zijn en je kunt denken: oké, ik deed iets fout, volgende keer beter. Niveau 2 heeft al meer invloed: “Help, kan ik dit wel? Straks gaat het weer mis!” Niveau 3 hakt er het meeste in: “Straks gaat alles fout! Ik ben niet geschikt voor deze functie.” Niveau 2 en 3 zorgen ervoor dat je in een negatieve spiraal terecht komt waarin je je eigen betekenis waarmaakt. In het ergste geval wordt niveau 3 (ik ben een idioot) een diepgevoelde waarheid die je weerhoudt om uitdagingen aan te gaan en die je in een depressie doet belanden.

Hoe stop je deze neerwaartse spiraal? Door de betekenisladder bloot te leggen en te transformeren in een steunende variant. 

Stel je je doet per ongeluk iets dat niet de bedoeling was en jouw betekenisladder is:

  • Betekenis 1: Ik deed het anders dan normaal. 
  • Betekenis 2: Ik kan iets nieuws leren.
  • Betekenis 3: Ik ben een ontdekker. 

Deze betekenissen leiden tot heel andere gevoelens, bijvoorbeeld blijdschap, enthousiasme en trots. Ze geven je de ruimte om te leren van je fouten of om af te wijken van bestaande procedures. Ook deze betekenissen maken zichzelf vaak waar en je komt in een positieve spiraal van succes en welbevinden. 

Een klassiek voorbeeld van positieve betekenisgeving is het verhaal van Thomas Edison, de uitvinder van de gloeilamp. Naar verluid had hij meer dan duizend pogingen nodig om het juiste materiaal te vinden. Toen een verslaggever hem vroeg hoe het voelde om duizend keer gefaald te hebben, antwoordde hij: 

“Ik heb niet duizend keer gefaald, ik heb duizend manieren ontdekt hoe het niet moest. Elke mislukte poging bracht me dichter bij het succes.”